Het vertrouwen in de mensheid is weer eens hersteld.
1. Martijn heeft een probleem.
2. Een serieus probleem.
3. Want het valt ook allemaal niet mee.
4. Daarom nog een laatste wanhoopsdaad.
4. Joke denkt meteen mee.
5. Maar Martijn heeft nog een optie.
6. Het was niet NIVEA die met een oplossing kwam.
7. En NIVEA kan ook niet echt iets voor Martijn betekenen.
8. Martijn is er kapot van.
9. En plaatst nog even een update.
10. Maar daar is dan de redder in nood.
11. En Martijn kan zijn geluk niet op.
Joke verdient een bloemetje.